Babyverlies raakt alles. Niet alleen je emoties en je lichaam, maar ook je relaties. Met je partner. Met je andere kinderen. Met je ouders, vrienden, collega’s, zorgverleners en broers of zussen. Zelfs met jezelf.
Iedereen rouwt anders. En dat verschil kan botsen, verwarren of afstand creëren. Soms leidt het tot misverstanden, stiltes of conflicten. Soms zelfs tot het breken van banden. Je kunt je eenzaam voelen in je verdriet, ook als je mensen om je heen hebt. Of juist overspoeld door goedbedoelde steun die niet past bij wat jij nodig hebt.
Op deze pagina lees je hoe het verlies van je baby invloed heeft op de relatie met de mensen om je heen. Per relatie vind je een korte uitleg en een link naar een aparte pagina met meer informatie, herkenning en tips.
Closeup on two young lovers holding hands at a table.
De relatie met je partner
Samen het verlies van jullie baby meemaken is heel zwaar. Jullie rouwen allebei, maar vaak op een andere manier. Misschien wil jij erover praten, terwijl je partner liever stil blijft. Jij zoekt afleiding, terwijl je partner juist herinneringen wil ophalen. Die verschillen kunnen zorgen voor misverstanden, afstand of zelfs ruzie.
Ook dingen als intimiteit, seksualiteit en toekomstplannen kunnen veranderen. Je voelt je misschien niet meer verbonden zoals eerst. Soms lijkt het alsof je elkaar kwijtraakt. Dat is verdrietig, maar het komt vaak voor. Juist in rouw is het belangrijk om elkaar te blijven zien, ook als je anders rouwt.
Broertjes en zusjes zijn ook verdrietig als hun babybroertje of -zusje overlijdt. Soms zie je dat duidelijk, soms niet. Ze kunnen veel vragen stellen, boos worden, zich terugtrekken of juist extra lief voor jou zijn. Hun gedrag verandert vaak: ze worden drukker, stiller of sneller bang.
Je wilt je kind graag beschermen tegen het verdriet. Maar je hebt zelf ook pijn. En dat kan botsen. Je hebt niet altijd de energie die zij nodig hebben. En zij begrijpen niet altijd wat er aan de hand is. Dat is moeilijk. Voor jou én voor hen.
Je ouders of schoonouders hebben niet alleen hun kleinkind verloren. Ze zien ook jouw verdriet, en dat raakt hen diep. Ze willen er voor je zijn, maar weten soms niet hoe. Jij hebt misschien weinig ruimte om met hun verdriet bezig te zijn, en zij hebben misschien moeite om jouw pijn echt te dragen.
Soms voelen ouders zich schuldig. Naar jou, omdat jij je baby bent verloren. Maar ook naar je broer of zus, die dit verlies niet meemaakte. Hoe verdeel je dan de aandacht, de steun en het verdriet? Dat is niet makkelijk. Iedereen rouwt op zijn eigen manier, en soms schuurt dat.
Ook broers en zussen verliezen een neefje of nichtje. En ze zien hun broer of zus veranderen door verdriet. Dat raakt hen. Ze willen vaak helpen, maar weten niet goed hoe. Soms voelen ze zich buitengesloten, jaloers of machteloos.
Sommigen voelen zich schuldig. Omdat hun gezin wél compleet is. Omdat zij wél door kunnen gaan met hun leven. Omdat zij wél kunnen genieten, terwijl jij dat niet kunt. Dat verschil doet pijn. Voor jou én voor hen.
Hun verdriet wordt vaak minder gezien dan dat van grootouders. Ze zijn geen directe ouder, maar hebben wel iemand verloren. En ze zien jou lijden. Dat is zwaar. Maar er is weinig ruimte voor hun rouw. En dat kan de band onder druk zetten.
Er kunnen spanningen ontstaan: over aandacht, over hoe ouders omgaan met het verlies, over het gevoel dat alles draait om één kant van de familie. Dat is niet altijd uit onwil, maar uit onmacht.
Sommige vrienden zijn er meteen. Ze sturen een bericht, komen langs of luisteren zonder oordeel. Andere vrienden weten niet wat ze moeten zeggen. Ze vallen stil, trekken zich terug of zeggen iets wat pijn doet — vaak uit onmacht.
Het contact kan veranderen. Soms wordt het dieper, soms valt het stil. Je kunt je eenzaam voelen, zelfs als iemand dichtbij is. Of juist geraakt worden door een klein gebaar. Er kan afstand ontstaan, maar ook nieuwe verbinding.
Iedereen gaat anders om met verdriet. En dat verschil kan verwarren. Maar het zegt niet altijd iets over de vriendschap. Soms is het ongemak tijdelijk. Soms is het een uitnodiging om elkaar opnieuw te leren kennen.
Het verlies van je baby en het verdriet is op het werk vaak niet zichtbaar. Collega’s willen je misschien wel steunen, maar weten niet goed hoe. Jij weet zelf misschien ook niet wat je nodig hebt. Dat kan zorgen voor ongemakkelijke momenten, misverstanden of spanning in het contact.
Toch is een goede relatie op je werk belangrijk. Voor jouw herstel, voor je gevoel van veiligheid en voor een fijne terugkeer. Als je verdriet niet wordt erkend, kan het extra zwaar zijn om weer aan het werk te gaan.
De band met zorgverleners kan heel intens zijn. Je hebt hen vertrouwd. Je hebt je kindje aan hen toevertrouwd. En nu is je baby er niet meer.
Dat roept veel gevoelens op. Je kunt boos zijn. Verdrietig. Verslagen. Hoe zorgverleners reageerden op het overlijden — wat ze wel of niet zeiden, hoe ze handelden — kan lang blijven hangen. In hoe je terugkijkt op de zorg. In hoe je mensen vertrouwt. In hoe je je voelt als je opnieuw hulp nodig hebt.
Soms voel je je gesteund. Soms juist gekwetst. En dat kan invloed hebben op hoe je verdergaat.
Keirse, M. (2020). Helpen bij verlies en verdriet: Een gids voor het gezin en de hulpverlener (10e druk, volledig nieuwe ed.). Tielt, België: Lannoo.
Nuijen, L. (2022). Je bent je kindje verloren… Hoe nu verder? Een boek met tips en inzichten die jou (en je naasten) verder helpen. Nederland, Mijn Bestseller
We hebben er alles aan gedaan om de juiste bronnen te achterhalen. Mocht je menen rechten te hebben op stukken die zijn gepubliceerd, neem dan contact met ons op, dan regelen we het alsnog.
Ze kijkt me aan. Haar ogen zijn dof, haar schouders hangen. Ze zegt: Tot op heden heb ik mijn manager niet gezien of gesproken. Ik heb wel bloemen gehad en krijg af en toe een kaart… maar dat is het….
Dit kinderboek gaat over Juul. Juul zit in een rolstoel en heeft een spierziekte.Dat zij in een ” stoel met wielen” zit is nieuw voor de kinderen in de klas. Het boek verteld de eerste dag op school.Humor, nieuwsgierigheid en…