Toen onze dochter overleed, werd ons verteld dat we geen recht hadden op kraamzorg. Mijn zwangerschap was daarvoor te kort geweest. Op dat moment vond ik het geen probleem. Voor mij stond kraamzorg gelijk aan vreugde en een roze wolk—iets wat totaal niet bij ons verdriet paste.
Onze verloskundige stelde voor om voor ons de kraamzorg af te bellen, zodat wij dat niet hoefden te doen. Het was al pijnlijk genoeg om ons kindje te verliezen. Mijn man en ik waren haar dankbaar dat ze zo met ons meedacht. Maar wat we toen nog niet wisten, is hoe belangrijk kraamzorg eigenlijk is.

Complicaties na de geboorte
Het overlijden van Madelon in mijn buik bracht ons compleet in de war. We moesten binnen korte tijd allerlei zaken regelen, terwijl we nauwelijks konden nadenken. Toen ons werd gezegd dat we geen recht hadden op kraamzorg, namen we dat aan als waarheid. Pas later ontdekten we dat dit niet klopte—we hadden wél recht op kraamzorg.
Had ik die maar gehad…
Door een slechte overdracht tussen het ziekenhuis en de verloskundige, en het afbellen van de kraamzorg, had niemand door dat ik extreem veel bloed verloor. Twee maanden later werd ik met spoed opgenomen: er was placenta achtergebleven. Een levensgevaarlijke situatie.
Dit had voorkomen kunnen worden als ik wél kraamzorg had gehad. Kraamverzorgenden zijn namelijk getraind om signalen op te pikken wanneer er iets mis is met moeder of kind. Maar ze doen nog veel meer: ze begeleiden ouders in hun nieuwe rol, ook als die rol er heel anders uitziet dan verwacht.
Na Oscars geboorte kregen we wél kraamzorg
Een jaar na Madelons overlijden beviel ik van Oscar. Maar ook hij overleed kort na de geboorte.
Een verpleegkundige vroeg bij welk kraambureau ik stond ingeschreven. Met het verlies van Madelon nog vers in mijn gedachten, antwoordde ik dat ik waarschijnlijk geen kraamzorg mocht krijgen. Haar verbaasde reactie trof me: “Jullie hebben recht op kraamzorg. Je bent bevallen van een kind.”
Ze belde het kraambureau en kort daarna kregen we een telefoontje. Een lieve dame van De Kleine Amsterdammer feliciteerde ons met de geboorte van Oscar en condoleerde ons met zijn overlijden. Ze vertelde dat we de hele week dezelfde kraamverzorgende zouden krijgen.
Haar naam was Barbara.
Barbara was de steun die we nodig hadden
Barbara hielp ons door deze kraamweek heen. Ze zorgde niet alleen voor mij, maar ook voor mijn man. We zaten misschien niet op een roze wolk, maar we waren wél ouders van een prachtig mannetje.
Naast de medische zorg hielp ze ons met praktische dingen: ze schreef samen met ons de kaartjes, dacht mee over de uitvaart en zocht met ons naar passende muziek. Ze hield het huis schoon, deed boodschappen, kookte en, misschien wel het allerbelangrijkste, ze luisterde.
Barbara was de hulp en steun die we op dat moment nodig hadden. Als je je baby verliest, voelt het alsof je compleet verlamd bent. Je hebt iemand nodig die je helpt functioneren, die er gewoon is.
Door haar konden we, ondanks ons verdriet, mooie herinneringen maken. Ze hielp ons de liefde voor onze kinderen te voelen, hen te eren en trots op hen te zijn. Ondanks het enorme gemis werd het een intieme en bijzondere week.
Tot op de dag van vandaag kunnen we niet in woorden uitdrukken hoeveel Barbara voor ons heeft betekend.
Een waardevolle afsluiting
Twee jaar later werd onze jongste zoon Mans geboren. We waren ontzettend blij dat we deze keer wél een kraamweek mochten beleven zoals hij bedoeld is. Samen met Barbara konden we deze blije periode bewust meemaken—aansluitend op de weken die zo anders waren geweest.